De ongezouten waarheid!

De Tweede Kamer praat over minder zout in de voeding. De Consumentenbond, de Hartstichting en de Nierstichting voerden actie, om hier meer aandacht voor te krijgen. Vorige week maakten de supermarkten en vleesindustrie bekend dat ze de komende twee jaar het zoutgehalte in vleesproducten met 10 procent omlaag willen brengen. Geen revolutie, wel een belangrijke stap.

Maar wat is het precies en waarom is veel zout niet goed voor de gezondheid? Het Vitamine (en mineralen!) Informatie Bureau legt uit hoe het zit.

Wat is zout en waar is het goed voor?

Keukenzout is het bekendste zout in de voeding en bestaat uit natrium en chloride. Het mineraal natrium is nodig voor een goed evenwicht in de vochthuishouding van het lichaam, voor het samentrekken van de spieren en voor de zenuwprikkelgeleiding. Daarnaast levert natrium een belangrijke bijdrage aan de regeling van de bloeddruk, samen met het mineraal kalium. Chloride (chloor) is samen met natrium en kalium nodig voor de vochthuishouding van het lichaam.

Hoeveel heb je nodig?

Per dag heb je niet meer 1,5 gram keukenzout, nodig om in de behoefte te voorzien. Voor volwassenen geldt het advies om niet meer dan 6 gram zout per dag binnen te krijgen. Voor kinderen varieert dat tussen de 1 en 6 gram, afhankelijk van de leeftijd.
Maar de gemiddelde Nederlander krijgt dagelijks zo’n 9 gram binnen. Veel te veel, dus. Uit onderzoek blijkt dat veel producten nog steeds te veel zout bevatten.

Wat is het risico van te veel zout?

Te veel zout is slecht voor de gezondheid. Te veel natrium laat de nieren en het hart extra hard werken, waardoor een hoge bloeddruk kan ontstaan. Een teveel aan natrium verhoogt dus de kans op hart- en vaatziekten. Dat geldt voor iedereen, maar vooral voor mensen met overgewicht en voor ouderen.
Trouwens: Het is een fabeltje dat we extra zout binnen moeten krijgen met zeer warm weer. Onze voeding bevat voldoende zout. Extra toevoeging gebruiken is, zelfs wanneer het extreem warm is, niet nodig.

Waar komt al dat zout vandaan?

Vooral uit eten dat door de fabrikant is bereid. Berucht is de kant-en-klaar pizza, maar ook in soep zit bijvoorbeeld veel zout. Hetzelfde geldt voor snacks zoals borrelnootjes, en natuurlijk voor rookworst en vleeswaren. En zelfs in zoete snoepjes zit het. Driekwart van het zout dat we dagelijks binnenkrijgen, zit verborgen in dat soort voedingsmiddelen. Zo’n 10% van het zout zit van nature in het eten en de overige 15% voegen we zelf toe toe tijdens het koken en eten.

Is er een alternatief?

Veel mensen denken dat zeezout een goed alternatief is voor keukenzout. Helaas: ook zeezout bestaat gewoon uit natriumchloride. Er zijn tegenwoordig ook zoutmengsels te koop, waarin een mengsel van natrium met kaliumzout zit. Kalium verlaagt het bloeddrukverhogende effect van natrium. Kaliumzout is wel wat bitterder dan keukenzout.
Het nieuwe initiatief om minder zout in vleesproducten te gebruiken is een stap in de goede richting, al is tien procent minder niet voldoende om het gebruik voldoende te verlagen. Daar zul je dus vooral zelf aan moeten werken. De beste tips: maak je eten als het even kan zelf, van verse producten, wees terughoudend met zoute snacks en strooi aan tafel zo weinig mogelijk over je eten.

Meer informatie

Lees meer over gezond eten in onze kookhoek

Bronvermelding

Tekst: Vitamine Informatie Bureau
Stockfoto: 123rf.com