Neonatale screening – Welke onderzoeken zijn er?
Wat is neonatale screening? Welke onderzoeken zijn er eigenlijk? Alle baby’s krijgen binnen zes dagen na hun geboorte een hielprik. Door middel van deze hielprik wordt wat bloed afgenomen uit het hieltje van de baby. Het bloed wordt onderzocht om te kunnen vaststellen of de baby lijdt aan een aantal aangeboren ziekten. Deze onderzoeksmethode noemt men ‘neonatale screening’.
Je baby krijgt geen hielprik voordat je hier toestemming voor hebt gegeven. Als je bent thuis bevallen komt een medewerkers van de jeugdgezondheids organisatie of de verloskundige bij je thuis om de hielprik te geven. Als je baby in het ziekenhuis ligt, bijvoorbeeld na een keizersnede, dan doet een verpleegkundige in het ziekenhuis de hielprik. Met een speciaal apparaatje prikt zij in de hiel van je baby en laat een paar bloeddruppels op een speciaal kaartje druppelen.
Als je baby zeven dagen na de geboorte nog geen hielprik heeft gehad, neem dan even contact op met het RIVM.
Voorkomen van ernstige schade
Snelle opsporing en behandeling van deze ziekten is van groot belang om ernstige schade aan de lichamelijke en geestelijke ontwikkeling te voorkomen. Door jaarlijks 200.000 kinderen te onderzoeken, kan bij 90 een ernstige stoornis in de ontwikkeling voorkomen. De organisatie van de hielprik is in handen van de ent administraties. Concreet geeft de wijkverpleegkundige, de huisarts, de verloskundige of de kraamverzorgende de hielprik.
Bloedonderzoek
Het bloed van je baby wordt in een laboratorium onderzoek op een aantal zeldzame ziektes. Bijvoorbeeld een ziekte van de schildklier of bijnier, een vorm van bloedarmoede (sikkelcelziekte) en een aantal stofwisselingsziekten. De meeste daarvan zijn erfelijk. De ziektes zijn niet te genezen, maar wel goed te behandelen. Bijvoorbeeld met medicijnen of een dieet.
Deelname zou niet vrijblijvend moeten zijn
Neonatale screening is succesvol. Meer dan 99 procent van de ouders van pasgeborenen doet mee. De staatssecretaris vindt het daarom belangrijk dat ouders het belang van de uitgebreidere screening volledig onderschrijven. Ouders zijn vrij om te beslissen of hun kind een hielprik moet ondergaan. De staatssecretaris tekent daarbij wel aan dat deelname niet vrijblijvend zou moeten zijn. De hielprik is in het belang van het kind en ouders behoren in het belang van hun kind te beslissen.
Gehoorscreening
Behalve een hielprik krijgt elke pasgeboren baby een gehoorscreening. In de meeste regio’s gebeurt dat tegelijkertijd met de hielprik.
De neonatale gehoorscreening kan tijdig opsporen of kinderen een permanent gehoorverlies van minimaal 40 decibel aan één of beide oren hebben. Hierdoor kunnen deze kinderen vóór de leeftijd van een half jaar beginnen met een passende behandeling.
Meer informatie
Gehoortest bij baby’s. Waarom wordt dit gedaan?
Kraamzorg: Wat is het en hoe regel je dit?
Bronvermelding
Tekst: Marion Middendorp
Stockfoto: 123rf.com
