Je baby in een stuitligging, wat betekent dit eigenlijk? Aan het einde van een zwangerschap liggen de meeste kindjes met hun hoofdje naar beneden. Klaar om het geboortekanaal in te gaan, klaar om geboren te worden. Deze ligging wordt een ‘hoofdligging’ genoemd.
Stuitligging is een liggingsafwijking
Een stuitligging is een liggingsafwijking bij een zwangerschap waarbij de baby met het hoofd bovenaan in de baarmoeder ligt en met het achterwerk (of de stuit) naar beneden. Een stuitligging geeft meer kans op complicaties tijdens de bevalling. De verloskundige of gynaecoloog kan daarom proberen het kind te draaien zodat het met het hoofd beneden komt te liggen.
Mogelijke complicaties
De kans op een keizersnee is bij een stuitligging wat groter dan bij een hoofdligging. Als je kindje in een stuit ligt, is een thuisbevalling uitgesloten. Omdat de kans op complicaties hierdoor is vergroot, moet je in het ziekenhuis bevallen onder begeleiding van een gynaecoloog. Mocht er iets misgaan, kan er direct worden ingegrepen.
Bij een bevalling in stuitligging is er iets meer kans op een couveuse opname, doordat deze kindjes vaker beginnen met een lagere Apgar score. Ook is er iets meer kans op verrekking van de zenuw of spieren in de nek en/of schouder van je kindje.
Waarom ligt je kindje in een stuitligging?
Zo’n 3 tot 4% van de ongeboren baby’s, ligt aan het einde van de zwangerschap in een stuitligging. Waar dit door komt? Dat is eigenlijk niet te zeggen. Meestal is er geen goede oorzaak aan te wijzen. Er kunnen echter wel oorzaken zijn waarbij het vaker voorkomt, bijvoorbeeld bij:
- een meerlingenzwangerschap
- bepaalde afwijkingen van de baarmoeder of afwijkende vorm van de bekken
- een vleesboom (myoom) (bij de ingang van de bekken)
- een korte navelstreng
- afwijkingen van je kindje (bijvoorbeeld een te groot/te klein hoofd)
- wanneer de placenta onderin de baarmoeder ligt.
Hoe kom je er achter?
Je verloskundige kan met een ‘liggingsecho’ zien of je baby in een stuit ligt. Ze kan hier al een vermoeden van hebben doordat je wat getrappel van zijn voertjes in je bekken voelt. Als hij immers met zijn hoofdje naar beneden zou liggen, zou je dit niet kunnen voelen.
Verschillende soorten stuitligging
Er is niet één stuitligging, maar er zijn er verschillende. Je kunt ze als volgt onder verdelen:
Onvolkomen stuitligging: de baby ligt met de benen helemaal omhoog naast zijn of haar lichaam.
Volkomen stuitligging: de baby heeft de bovenbenen langs het lichaam gestrekt en heeft de knieën gebogen zodat de voeten naast de billen liggen. De baby zit in een soort kleermakerszit.
Half onvolkomen stuitligging: de baby ligt met een been gestrekt naar boven en met het andere been naar beneden zoals bij een volkomen stuitligging.
Voetligging: de baby ligt met een of beide benen gestrekt naar beneden, zodat een of twee voetjes onder de billen liggen
Wat kan je er aan doen?
In principe kan er niet heel veel aan gedaan worden. Soms besluit de verloskundige of gynaecoloog om af te wachten, hopend dat je baby zich alsnog weet te draaien. Je kindje wordt echter steeds groter, dus er komt een moment dat dit niet meer gaat lukken. Hij krijgt immers steeds minder ruimte.
Een andere optie is dat de verloskundige of gynaecoloog het kindje vanaf de buitenkant probeert te draaien. Soms lukt dit en kun je gewoon op een normale manier bevallen. Tijdens het draaien lig je met opgetrokken knieën, terwijl de arts of verloskundige je kindje helpt een koprol te maken. Dit is geen pijnlijke maar ook geen prettige handeling. Het lukt helaas niet altijd. Bij ongeveer de helft van de pogingen gaat het goed en draait je kindje alsnog de juiste richting op. De slagingskant wordt aanzienlijk verhoogd als er nog voldoende vruchtwater aanwezig is. Bijvoorbeeld bij een tweede of derde zwangerschap.
Moxa
Een combinatie van acupunctuur en Moxa kan ook een mogelijkheid zijn. Deze methode kan je kindje helpen zijn hoofdje alsnog de goede kant op te draaien. Deze methode heeft een slagingspercentage van 75%. De moxa-therapie wordt toegepast tussen de 33e en 36e week van de zwangerschap.
Moxa is een kruid uit de Chinese geneeskundige. Bij de Moxa-behandeling van een stuitligging wordt het punt Zhi Yin gestimuleerd met warmtestraling van de moxastick. Zhi Yin is het laatste punt op de blaasmeridiaan, gelokaliseerd aan de buitenkant van de kleine teen. Elk punt wordt dagelijks 15-20 minuten verwarmd, dit 10-14 dagen lang.
Stuitligging bij de bevalling
Blijft je kindje in een stuit liggen, ondanks alle pogingen dan kan je in principe nog steeds een normale (ziekenhuis)bevalling hebben. Wel treedt vaak weeënzwakte op en is er weinig persdrang doordat de stuit een minder effectief voorliggend deel is dan het achterhoofd. De gynaecoloog zal middels het CTG de hartslag van je kindje goed in de gaten houden.
Wanneer de normale stuitbevalling stagneert in de laatste fase, of als er sprake is van een volkomen stuitligging, kan een stuitextractie nodig zijn. Men laat hierbij het geboren deel van het kind met aan beide zijden afhangende armpjes en beentjes op de ingebrachte onderarm liggen, terwijl men met de ingebrachte vinger de kin helpt om de symfyse te passeren. Eventueel kan zelfs een verlostang op het nakomend hoofd gezet worden. Om dit soort riskante kunstverlossingen te vermijden, kiest men echter liever in een eerder stadium voor een keizersnede.
Meer informatie
Wat is een keizersnede?
Dikke buiken tijd – De laatste loodjes
Bevalling inleiden, hoe gaat dat?
Wat doet een gynaecoloog en wanneer komt hij in beeld?
Indalen, wat gebeurt er precies? En wat zegt het over de bevalling?
Bronvermelding
Tekst: Marion Middendorp
Wikipedia.org
Chimed.nl
Stockfoto: 123rf.com